De twaalf discipelen - Door Jezus gekozen
Het Nieuwe Testament is de enige uitgebreide informatiebron over de levens van de twaalf discipelen. Door de hele Bijbelse geschiedenis heen zijn er mannen, en vrouwen, geweest die door God werden gekozen om Zijn Goddelijke plannen te verwezenlijken. Maar er waren twaalf mannen die door Jezus zelf werden gekozen om met Hem rond te reizen. De verantwoordelijkheid van de woorden van de Meester zelf rustte als een zware mantel op hun schouders. De Twaalf zouden Jezus nog lang na Zijn hemelvaart blijven vertegenwoordigen. Hun toewijding zou de kerk nog lang na hun dood beïnvloeden.
De twaalf discipelen - Waarom twaalf?
In de Bijbel wordt het getal twaalf, net als zeven, vaak gebruikt om een volledigheid en perfectie aan te duiden. In het Oude Testament werd "heel Israël" door twaalf stammen vertegenwoordigd (Genesis 49:28; Jozua 13-19). Het boek Openbaring geeft ons talrijke verwijzingen naar het getal twaalf.
De twaalf discipelen - Waarom deze mannen?
Na Zijn beproeving in de woestijn keerde Jezus in de kracht van de Heilige Geest naar Galilea terug. Hij probeerde in Zijn thuisplaats Nazaret te spreken, maar Hij werd afgewezen. De mensen van de synagoge waren zó verblind, dat zij Jezus probeerden te doden door Hem in de afgrond te duwen. Jezus koos ervoor om zich met een nieuw team op een nieuwe thuisbasis te vestigen, namelijk in Kafarnaüm, een prachtige plaats niet ver van Nazaret, aan de rand van het Meer van Tiberias. De profeet Jesaja had al voorzegd dat Jezus in Kafarnaüm zou wonen. "Zo zal Hij in later tijd eer bewijzen aan de Weg van de zee, de overkant van de Jordaan, het Galilea waar de heidenvolken wonen" (Jesaja 8:23).
De selectie van de Twaalf vereiste een extreme bedachtzaamheid, maar ook een offergave. Voordat Jezus deze mannen uitkoos, streefde Hij er vurig naar om de wil van God de Vader uit te voeren. "Op een van die dagen trok Jezus zich terug op de berg om te bidden. De hele nacht bleef hij tot God bidden" (Lucas 6:12). Deze mannen zouden niet alleen Zijn volgelingen zijn, maar ook de individuen die het dichtste bij Hem zouden staan. Op elke mogelijke manier koos de Zoon van God ervoor om zich kwetsbaar te maken voor deze individuen. Zij zouden getuigen zijn van Zijn boosheid op de geldwisselaars, Zijn verdriet over de dood van een dierbare vriend en Zijn ellende toen Zij Hem in de hof van Getsemane in de steek lieten (Johannes 2:13-16; 11:35; Marcus 14:32-42). Toch waren deze mannen het soort mensen waar God altijd al naar heeft verlangd: nederige mensen. Ondanks hun gebreken waren de Twaalf ontvankelijk en bereid om te worden onderwezen. Jezus wilde mensen die de moeilijkheden konden begrijpen van arme mensen, bedroefde mensen en gebroken mensen.
De twaalf discipelen - Voor en na
Jezus had geen groep met een grotere verscheidenheid kunnen kiezen om Zijn Goddelijke doeleinden te volbrengen. Volgens menselijke standaarden hadden de Twaalf weinig met elkaar gemeen: een onvoorspelbare visser, iemand met mogelijke vooroordelen tegen Nazaret, een fanatieke Joodse nationalist, een verafschuwde belastinginner, een scepticus/pessimist, een hebzuchtige verrader en twee "zonen van de donder" met een explosief humeur. Zij hadden onenigheid over wie van hen de belangrijkste zou zijn (Lucas 9:46; 22:24). Jezus toonde Zijn ongenoegen toen zij Hem tegenspraken (Matteüs 16:23). Herhaaldelijk sprak Hij over het komende verraad en Zijn naderende dood en opstanding (Matteüs 16:21-22; Marcus 9:30-31; Lucas 18:31-34), maar de discipelen waren zwak.
Copyright © 2002-2021 AllAboutJesusChrist.org, Alle rechten voorbehouden