Jezus' opstanding - Vervolging
In 115 na Christus beschreef de Romeinse historicus Cornelius Tacitus het lijden van de vroege Christenen in de handen van hun folteraars. Keizer Nero had, om zijn paleis te kunnen uitbreiden, delen van Rome in brand gezet. Deze gebeurtenis werd later bekend als "de grote brand van Rome". Vervolgens gaf Nero de Christenen de schuld van de brand. Dit was in het hele Romeinse Rijk het begin van een golf van vervolgingen. Hoewel de viool pas enkele jaren later werd uitgevonden, was dit de oorsprong van het oude gezegde: "Nero speelde de viool terwijl Rome afbrandde". Tacitus schrijft:
"Derhalve, om van dit bericht af te komen, gaf Nero de schuld aan en voerde hij de meest geraffineerde folteringen uit op een klasse die om hun slechtheid gehaat wordt, door het volk Christenen genoemd. Christus, waarin de naam zijn oorsprong had, leed de ultieme straf tijdens de heerschappij van Tiberius, onder de handen van één van onze procurators, Pontius Pilatus, en een hoogst verderfelijk bijgeloof, dat daardoor tijdelijk de kop werd ingedrukt maar dat later niet alleen in Juda weer uitbrak, de eerste bron van het kwaad, maar zelfs in Rome, waar alle dingen die afgrijselijk en schandelijk zijn uit alle hoeken van de wereld hun centrum vinden en populair worden. Zodoende werden allen die schuld bekenden gearresteerd; daarna werd, gebaseerd op hun informatie, een immense massa veroordeeld, niet zozeer vanwege de misdaad dat zij de stad in brand hadden gestoken, maar vanwege de misdaad van haat tegen de mensheid. Hoon van elke mogelijke soort werd aan hun dood toegevoegd. Gehuld in dierenhuiden werden ze verscheurd door honden en vergingen, of ze werden aan kruisen genageld, of ze werden veroordeeld tot de vlammen en verbrandden, om als nachtelijke verlichting te dienen, nadat het daglicht was heengegaan.
Nero bood zijn tuinen aan voor dit spektakel en liet een show in het circus opvoeren, terwijl hij zich onder de mensen mengde in het gewaad van een wagenmenner of bovenop een wagen stond. Hierdoor ontstond, zelfs voor criminelen die een extreme voorbeeldstraf verdienden, een gevoel van erbarmen; want het was niet, zoals het leek, voor het publieke goed, maar om de wreedheid van één man te bevredigen, dat dezen werden vernietigd."
Jezus' opstanding - Gezaghebbende historici
De opstanding van Jezus en de vervolging van Zijn volgelingen werden buiten de Bijbel door de volgende gezaghebbende historici beschreven: Gaius Suetonius Tranquillas, Flavius Josephus, Thallus, Plinius de Jongere, Justinus de Martelaar, Tertullianus en het Joodse Sanhedrin. Naast deze geschiedkundigen uit de oudheid bestaan er ook documenten uit andere bronnen, zoals de Griekse satiricus Lucianus uit de 2e eeuw. John Foxe schreef het klassieke "Foxe's Book of Martyrs" (oftewel "Het boek van Foxe over de martelaren"), dat tot in detail het lijden en de dood beschrijft van de Christenen in de 1e eeuw tot aan de vervolgingen tijdens de heerschappij van koningin "Bloody Mary" in Engeland. De Inquisitie doodde tussen 1200 en 1800 na Christus 68 miljoen Christenen, vanwege hun overtuiging wat betreft de feilbaarheid van de Pausen en hun godslasteringen tegen Christus. Ook nu weer hadden de ter dood veroordeelden hun hachje kunnen redden door hun overtuigingen af te zweren en de Paus te aanbidden.
Jezus' opstanding - Individuele beslissingen
De mannen die getuige waren van de opstanding van Christus hebben hun getuigenis met de dood moeten bekopen. Hun getuigenis heeft, samen met het overtuigende bewijs dat door de Bijbel zelf wordt aangeleverd (zoals ongelooflijke profetieën), miljoenen mensen ertoe aangezet om in hun voetsporen te treden; om door een ongelovige wereld vervolgd en zelfs gedood te worden, omdat zij weten dat Jezus Christus de Zoon van de Almachtige God is. Dat Hij naar de aarde kwam om voor onze zonden te sterven, zoals honderden jaren vóór Zijn geboorte al in de Bijbel was voorspeld. Dat Hij aan een kruis stierf en uit de dood opstond. Dat Hij vervolgens aan honderden discipelen verscheen, voordat Hij naar de hemel terugkeerde. Dat Hij aan het einde der tijden zal terugkeren. Deze mannen verkondigden hun geliefde Evangelie niet met woorden. Zij schreeuwden de wereld toe door hun eigen leven hiervoor op te geven. Net als de gedetailleerde profetieën en het overtuigende bewijs, zoals het lege graf, maakt dit hun beweringen enorm geloofwaardig. Mensen over de hele wereld hebben de mogelijkheid om de opstanding te aanvaarden of te verwerpen, gebaseerd op hun eigen overtuigingen. Maar er is wat dit onderwerp betreft geen gebrek aan getuigen van deze gebeurtenis, noch een gebrek aan bewijs.
Copyright © 2002-2021 AllAboutJesusChrist.org, Alle rechten voorbehouden